Waarom we geloven in een ego (betekent ik)?
Ik ontken niet mijn eigen bestaan maar wel het bestaan van een ego in mij.
We gebruiken het 'ego' om een excuus te hebben voor alle gedachten en daden, voor alle verlangens en activiteiten, die we zullen afkeuren.
Geef het ego maar de schuld.
Van de Boeddha en de Christus hebben we mythologische wezens gemaakt, mensen zonder ego maar wijzelf gaan natuurlijk nog wel gebukt onder het ego.
Je bent zo wijs als je bent en je bent zo dom als je bent. Volmaaktheid bestaat niet. Onze kennis is nimmer volledig. Wat vroeger beweerd werd hoeft nu niet langer beweerd te worden. Bepaalde zaken worden eenvoudig achterhaald.
We zijn en blijven het product van ons eigen denken en handelen.
Ik kan onmogelijk alles weten van de Boeddha, want ik leefde toen niet in zijn tijd naast hem en zelfs had ik dat gedaan, dan kunnen toch nog zaken niet door mij goed zijn waargenomen.
Het gebruiken van een zogenaamd ego binnen ons denken is handig. Een soort van stop: nu hoef ik niet verder te onderzoeken want het ego zit er achter. Het geloof in een ego blokkeert onze waarneming op een bepaalde manier. We zijn minder open. Ja, scherp naar het zogenaamde ego.
Bepaalde gedachten en verlangens in onszelf kunnen we bestempelen als het ego maar het zijn gewoon gedachten en verlangens. Net zo goed vuil water nog altijd water is.
Ook kan het zijn dat we niet die kwalijke gedachten zijn maar de waarnemer ervan. Dat we dat geloven. Ik zeg dan: de denker en het denken zijn een. En het is ook daarom dat er geen ruimte is voor een zogenaamd (tweede) ik/ego.
|